De buitenvitrines vormen een passage, en bepalen de route. Een buitenpassage die uitnodigend werkt om van de ene etalage-box naar de andere te gaan, nòg meer te ontdekken, en uiteindelijk zeer laagdrempelig binnen te komen, om aldaar terug etalageboxen te ontdekken. Niet alleen de naar binnen toe doorlopende gevelmaterialen (zichtbare donkere bakstenen, wit gelakte stalen boxen, enz.) begeleiden u in die wandeling en bepalen mee de laagdrempeligheid, maar ook de mooie bleke natuurstenen vloer die van binnen naar buiten doorloopt en de voorbijgangers al wenkt aan het voetpad om de winkel, via die buitenpassage te ontdekken.
De buitenpassage brengt de bezoeker quasi ongemerkt tot aan de inkomdeur; zonder het te weten heeft de juwelier de bezoeker al gezien, en kan de deur elektronisch worden geopend. Die inkomdeur bevindt zich echter niet ‘centraal’ maar op de zijkant, waardoor de bezoeker niet botst op de toonbank, noch op een voorgaande klant, maar zijn ontdekkingstocht via de binnen-vitrines kan verderzetten.